Diverse afbeeldingen van haarverzorgingZowel mannen als vrouwen in het oude Egypte hechtten grote waarde aan een verzorgd uiterlijk. Het kapsel was hier een belangrijk onderdeel van.

Hoewel het door de dynastieën heen gebruikelijk was om, als men het zich kon veroorloven, pruiken te dragen, bestond hiervoor in wezen geen noodzaak. Het dragen van een pruik had doorgaans te maken met sociale status. Het haar werd volgens de gangbare mode in model gebracht. Trendsetters hiervoor waren dikwijls de mannen en vrouwen uit de betere kringen. Zij bepaalden het modebeeld van die tijd. Dienaren hadden meestal niet de middelen om het haar volgens de laatste mode te dragen. Zij hielden het haar uit hun gezicht door middel van een haarband of bonden het van achteren en opzij van het hoofd met vlechten bij elkaar.
Dat men niet altijd een pruik droeg, blijkt uit papyri waarop recepten zijn aangetroffen voor diverse haarproblemen. Zo had men onder andere een recept voor een haargroeimiddel op basis van fijngehakte blaadjes van de slaplant, die men op kale plekken kon wrijven (papyrus Ebers, 1550 v.Chr.). Ook verschillende soorten kruidenolie werden gebruikt om de haargroei te stimuleren. Zelfs tegen het grijs worden waren middeltjes voorhanden. Men zou bijvoorbeeld het bloed van een zwart kalf in olie koken en daarmee het haar inwrijven. Om het haar te kleuren werd henna gebruikt, een product dat men ook nu nog kent.
Al uit de Vroegdynastische Periode zijn medische teksten bekend waarin de bestrijding van luizen staat beschreven. Het eenvoudigst kon men die bestrijden door het hoofdhaar geheel te verwijderen. Ook werd speciale zalf en olie aangewend om het probleem te ondervangen.

Haarverzorging bij koningin Neferoe, Middenrijk, Brooklyn MuseumDrie groepen Egyptenaren werden doorgaans met een kaal hoofd uitgebeeld: priesters, blinde harpspelers en kinderen. Priesters ontdeden zich van al hun lichaamshaar. Zij moesten rein zijn om de heilige rites te kunnen voltrekken wanneer zij godsbeelden naderden. Bij de blinde harpspelers is niet echt duidelijk of de kaalheid nu het normale gevolg van ouderdom was of een andere reden had. Mogelijk had het ook een iconografische betekenis. Jonge kinderen hadden tot aan het begin van de pubertijd een unieke haardracht. Het haar werd geschoren of gesneden, behalve een lok haar aan de zijkant van het hoofd, de zogenaamde jeugdlok. In alle afbeeldingen zijn kinderen daaraan goed te herkennen.

Koningin Kawit's (11 Dynastie) haar wordt verzorgdOm het haar te kappen, gebruikte men onder andere kammen die waren gemaakt uit hout en ivoor. In functionaliteit deden zij in niets onder voor de huidige kammen, maar zij waren vanwege hun rijke versieringen veel fraaier om te zien. Ook kende men reeds haarspelden, gemaakt uit diverse materialen waarvan de uiteinden dikwijls mooi werden bewerkt. Dierenfiguren, zoals het nijlpaard en de aap waren heel populair bij de vormgeving.

De oude Egyptenaren waren zeer op hygiëne gesteld. Vandaar dat veel mannen gladgeschoren rondliepen. Alleen in het Oude Rijk treft men sporadisch afbeeldingen aan van mannen met kleine, ragfijne snorren en baarden. Later in de tijd kwam, in het bijzonder bij de gouwvorsten, een baardje in de mode. Het was een imitatie van de baard die tot de traditionele outfit van de koning behoorde, maar wezenlijk korter. Om goed en glad te kunnen scheren, werden al vroeg scheermessen ontwikkeld en werd de huid ingewreven met olie of zalf. De meest gangbare messen hadden twee parallelle snijkanten en een afgeronde snijrand. Het scheermes uit het Nieuwe Rijk was wigvormig en had een handgreep, het had reeds de vage vorm van een schaar. Ook pincetten om de haren een voor een uit te trekken, werden al gebruikt.

© 2012 Joke Baardemans

Bronnen: Art. uit KEMET, Schönheit im alten Ägypten, G. Höber-Kamel; Art. uit Catalogus Schönheit im alten Ägypten,– H. Wilde; Ancient Egyptian Materials and Technology, P.T. Nicholson, I. Shaw