Satis, Elephatine, foto: Petra LetherDe godin Satis, zoals de Grieken haar noemden ofwel Satet zoals we haar uit opschriften kennen is waarschijnlijk afkomstig van het eiland Sehel, ten zuiden van de eerste cataract.

Zij wordt geassocieerd met de overstroming van de Nijl en met de omgeving van Elefantine in de buurt van Aswan. Hier bevond zich volgens de Egyptische mythologie de bron van de Nijl. Haar verbintenis met de eerste cataract leidt tot haar benaming in de piramideteksten van 'zij die het koele water, dat uit Elefantine komt, schenkt'. Ze schenkt dit ter reiniging aan de doden. De associatie met water en met de overstroming van de Nijl leidt tot een verbintenis met de ster Sirius oftewel Sothis, waarvan werd verondersteld dat die deze jaarlijkse overstroming aankondigde. Zij wordt daarom ook wel 'vorstin der sterren' genoemd. Hoewel Satis meestal in een adem wordt genoemd met Chnoem als haar echtgenoot, is het niet bewezen dat zij altijd een paar waren. Een vroegere connectie met de Thebaanse god Montoe is ook bekend. Pas in het begin van de 18e dynastie wordt de persoon van Anoekis toegevoegd als dochter van Satis en Chnoem, zodat er dan sprake is van de triade (een groep van drie goden) van Elefantine. Satistempel op Elephantine, foto: Petra LetherTijdens het Nieuwe Rijk treedt er ook versmelting op met de godin Hathor waarbij ze ook wel het 'het oog van Ra' wordt genoemd. Vanwege haar verering op Elefantine wordt ze vanaf het Middenrijk 'de meesteres van Elefantine' genoemd. Daarnaast krijgt ze in de loop van de tijd ook andere epitheta toebedeeld, zoals 'heerseres van Nubië', en wanneer het gebied van Egypte zich uitbreidt naar het zuiden, 'heerseres van het zuidelijke Elefantine'.
De Grieken identificeerden Satis met Hera, de echtgenote van Zeus.

Satis wordt altijd in een volledig menselijke gestalte afgebeeld. Vanaf het einde van de 12de dynastie wordt ze afgebeeld in een eenvoudige, nauwsluitende jurk die tot haar enkels reikt. In haar linkerhand draagt ze het anch-of levensteken en in haar rechterhand houdt ze de was-scepter, het teken van macht. Beiden zijn waardigheidssymbolen die verwijzen naar haar goddelijkheid. Op haar hoofd draagt ze de witte kroon van Boven-Egypte en de uraeusslang. De witte kroon wordt geflankeerd door twee gebogen antilopenhoorns die erop zouden duiden dat ze eerder werd vereerd in de gestalte van een antilope. In teksten wordt haar naam soms weergegeven met een dierenhuid, doorboord met een pijl. Dit symbool is mogelijk overgenomen door Anoekis, de jachtgodin die als haar dochter werd beschouwd.

Satistempel, Elephantine, foto: Petra LetherEen vroege schrijn uit het Oude Rijk was gewijd aan Satet. Het was gelegen tussen de granietblokken op het eiland Elefantine. Opgravingen hebben aangetoond dat vanaf de Predynastieke Periode tot in de Ptolemaeïsche Periode de tempel voor Satis steeds is veranderd en vergroot. De cultus voor Satis is niet beperkt gebleven tot deze plek maar heeft zich verspreid over heel Egypte. Zo is er in Deir el-Medina sprake van Satis en Anoekis als de 'godinnen van de eerste cataract'.
Sehel, blik op het 1e cataract, foto: Petra LetherGebleken is dat, vanaf de plaats waar de tempel van Satis was gevestigd, men het water kon horen voordat het zichtbaar werd in de lagere regionen van de Nijl. Dat is de reden waarom Satis' functie als beschermster van de zuidelijke grenzen ook werd verbonden aan de overstroming en de daaruit voortvloeiende vruchtbaarheid van het land.


©Joke Baardemans 2012


Bronnen: Satis, F. Sanders/ Gods and Men in Egypt, Dunand, F. and Zivie-Coche/ Reallexikon der Ägyptischen Religionsgeschichte, Bonnet/ The complete Gods and Goddesses of Ancient Egypt, R. Wilkinson