Hibistempel, foto: J.BaardemansDe grootste en best bewaarde tempel in de Kharga Oase is de Hibistempel, opgedragen aan de god Amon.

De stad Kharga heette in het Egyptisch 'hebet' wat 'ploeg' betekent. Hibis was het Griekse woord voor 'hebet'. De tempel ligt op 2 kilometer afstand van de stad. Kharga was voorheen een belangrijk handels- en verkeerscentrum en lag aan het begin van een karavaanroute naar Beneden-Nubië. Het gebied beleefde onder de Perzische overheersing een nieuwe bloei doordat deze een techniek uitvonden om het land te irrigeren. Dit belangrijke gebied waar veel dorpen en steden ontstonden vormde de westelijke grens van Egypte. Deze grens moest op magische en rituele wijze worden beschermd en men bouwde hiervoor twee tempels, de tempels van Quasr el-Ghuieda en de Hibistempel. Hoewel de aanleg van de Hibistempel waarschijnlijk al in de 25e dynastie plaatsvond, was het de Perzische farao Darius I uit de 27e dynastie die de tempel liet decoreren. Diverse farao's voegden daar nog andere elementenHibistempel, reliëf met diverse goden, foto: J.Baardemans aan toe. Langs de noordkant van de zuilengang bouwde men in de 4e eeuw ook nog eens een kerk. Het is daarom niet verwonderlijk dat bepaalde aspecten van de constructie en decoratie van de Hibistempel tamelijk ongewoon zijn. Diverse afbeeldingen die men aantreft, onderscheiden zich van doorsnee afbeeldingen, niet alleen vanwege de uitgesproken stijl maar ook vanwege het aanzienlijk aantal aspecten dat wordt belicht zoals onder meer de grote hoeveelheid goden in het sanctuarium, het allerheiligste deel van de tempel.
Reliëf god Seth die Apophis doorboort, foto: J. BaardemansDe tempel werd gebouwd met lokale, gespikkelde kalksteen en was in de oudheid omringd door een meer. Dit meer is nu verdwenen. Een sfinxenallee vormde de toegangsweg tot de tempel. De laan loopt door een aantal poorten waarvan de eerste werd gebouwd door de Romeinen in 69 v. Chr. De inscripties op deze poort verschaffen ons zeer veel informatie over de Romeinse heerschappij. Zij bevatten informatie over diverse onderwerpen zoals het belastingstelsel en het rechtssysteem, waaronder ook de rechten van de vrouw.
De tempel is gebouwd volgens het klassieke patroon met een open voorhof, een pronaos met gladde papyruszuilen en een ommuring. Achter de pronaos bevindt zich de hypostylehal waarin inscripties te vinden zijn daterend uit de tijd van Ptolemaeus III en IV. Afbeeldingen laten offerscènes zien waarbij de farao aan de god Amon offert. Een opmerkelijk en uniek reliëf treft men aan in de noordoosthoek van de eerste hypostylehal. Hier is een gevleugeld figuur te zien, half mens, half valk, die de god Seth moet voorstellen. Hij doorsteekt met een speer de slang Apophis. Des te opmerkelijker omdat deze god elders in Egypte als de belichaming van het kwaad werd gezien. Hier echter verschijnt hij als een goedgunstige macht. Door sommigen wordt deze afbeelding daarom gezien als een voorloper van de legende van Sint Joris en de draak. Echter, de god Seth werd van oudsher ook als heer van de woestijn beschouwd.
Na de hypostylehal treffen we het sanctuarium aan, het allerheiligste deel van de tempel. Het sanctuarium bevat afbeeldingen van velen goden en godinnen, onder andere de godReliëf van de god Min Min, die hier ook als woestijngod werd vereerd. De afbeeldingen zijn gemaakt in relatief simpel verhoogd en verzonken reliëf en nadien beschilderd. De kleuren zijn hier en daar nog goed te zien.
De tempel bevat verschillende zijkamers en achteraan in de tempel bevinden zich trappen die naar het dak van de tempel leiden. Zoals in veel Grieks-Romeinse tempels waren de cultusruimtes op het dak van de tempel opgedragen aan de god Osiris. Hier zijn afbeeldingen te vinden van de begrafenis van Osiris.
De farao's Nectanebo I en II omsloten de tempel door middel van een stenen omheining met aan de voorzijde een monumentale kiosk met acht pilaren. Vanwege de buitensporige spanwijdte van ruim zeven meter, was het dak in de oudheid voorzien van houten dakspanten. De composietkapitelen in de kiosk en de hypostylehal zijn de oudst bekende stenen kapitelen van Egypte.

 Als gevolg van het stijgende grondwater op de plek waar de Hibistempel zich bevindt, heeft men overwogen de tempel te ontmantelen en te verplaatsen naar  naar hoger, meer geschikt gelegen gebied. Van een verplaatsing van de tempel heeft men afgezien toen bleek dat dit karwei de tempel alleen maar meer zou beschadigen. Inmiddels hebben er wel restauratiewerkzaamheden aan de tempel plaatsgevonden en is deze weer voor het publiek toegankelijk.

©Joke Baardemans 2013

Bronnen: The Complete Temples of Ancient Egypt, R. Wilkinson; Egypte, Het land van de farao's, H.Ullmann; Het oude Egypte, Opkomst en ondergang van een beschaving, T. Wilkinson; Brandaen, Egypte, C. Blokhuis; Lexikon der Ägyptischen Baukunst, D. Arnold